![]() De minister en staatssecretaris waren de afgelopen week docent bij de Health Innovation School in het Radboud in Nijmegen. Ze ontvingen daar de Pink Socks voor zorgvernieuwers. Hoewel ze daar een zeer interessant programma volgden, verlieten ze de innovatoren toch voortijdig om bij de oratie van Kim Putters aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam te zijn. Zijn oratie had als titel: Was getekend. Op weg naar een vernieuwd sociaal contract in de zorg. Verbinding We zagen zo veel raakvlakken tussen dit programma en de Health Innovation School dat we de behoefte voelen ze met elkaar te verbinden. Dat deden we al door Kim Putters namens de Health Innovation School een paar Pink Socks te overhandigen, waarmee hij is opgenomen in het genootschap van zorgvernieuwers. Maar onze verbindende activiteiten gaan voort! Een samenvatting van onze verbindende activiteiten kun je zien in dit korte filmpje De tekst van de oratie van Kim Putters kun je hier downloaden. Lees hier meer over de tribe van de Pink Socks
0 Reacties
![]() Door Henk Nies, Raad van Bestuur Vilans Begin juni was de Prokkelweek, een week vol prikkelende ontmoetingen met mensen met een beperking. Dat was de reden dat Mireille de Beer Durand vroeg of ze een dagje met mij mee kon lopen. Ze wilde zien wat mijn werk zoal inhoudt. Mireille werkt al een aantal jaren bij Vilans als ervaringsdeskundige met een verstandelijke beperking. Ze doet mee in allerhande projecten en onderzoeken om te bewaken dat wat we bij Vilans doen aansluit bij mensen met een beperking. Dat dagje meelopen was een bijzondere ervaring voor haar en voor mij. Het haalde ons uit onze hokjes. Nu ken ik Mireille al die tijd dat ze bij ons werkt, maar ik ken haar ook weer niet. Een praatje bij de koffieautomaat, een gezamenlijk optreden op een congres en stukjes op Yammer en onze Vilans-mail; dat was het zo’n beetje. Ik had geen concreet beeld bij Mireille en ook niet bij haar beperking; en dat was maar goed ook, ontdekte ik. In de voorbereiding van deze dag spraken we elkaar kort. Ik gaf aan haar niet goed te kennen en vroeg of het akkoord was dat ik maar gewoon deed zoals anders. Of het goed was dat ik niet méér rekening met haar zou houden dan bij een ander die een dagje mee zou lopen. En dat ik zou praten zoals ik altijd doe. Ik had die dag een vergadering met de Ondernemingsraad en een werkbezoek aan Nieuw Unicum om afspraken te maken over een nieuw op te zetten zorgstandaard voor mensen met multiple sclerose. Een dag met veel technische gesprekken en vakjargon, een halve dag binnenshuis en een halve dag extern. We spraken af dat als het niet zou werken, dat ze het zou aangeven. De dag verliep voorspoedig, op een kleine hapering met het openbaar vervoer na. Dat is normaal voor ons. De Ondernemingsraad verliep ontspannen, we konden de moeilijke dingen in een goede sfeer ter sprake brengen. Bij Nieuw Unicum kregen we een bijzonder interessante kennismaking met de organisatie, de projecten die ze daar doen en de mensen die daar wonen. En het was nog lekker weer ook. Daarna volgde een nogal abstracte discussie over de zorgstandaard. Op weg naar huis spraken we over het leven dat we leiden en dat we geleid hebben, en hoe de dag verlopen was. ‘Nou heb ik een dag met je opgetrokken, maar ik heb nog steeds geen idee wat je beperking is’, zo blikte ik terug. ‘Ik heb er ook geen moment rekening mee gehouden’. ‘Dat is ook goed’ gaf Mireille aan. ‘Het was ook helemaal geen probleem. Vaak kom ik mensen tegen en dan gaan ze anders naar mij doen. Dan voel ik mij zo klein’. Dat riep weer nieuwe vragen op. ‘Maar als dat zo is,’ vervolgde ik, ‘waarom presenteer jij jezelf dan als een ervaringsdeskundige met een beperking? Ik zie in de gesprekken echt wel dat je als ervaringsdeskundige iets extra’s toevoegt, maar die beperking, die zie ik niet’. We bespraken, dat Mireille zich ook zou kunnen presenteren als ervaringsdeskundige die een beperking heeft gehad, dat maakt het wel anders. Het omgekeerde gebeurde ook. Mireille zag dat ik als bestuurder niet alleen iemand op afstand ben met saaie vergaderingen of bezig met machtspelletjes. En dat bus of taxi voor mij ook niet altijd lekker lopen. De dag maakte me (nog eens extra) duidelijk dat je dat je er niets aan hebt iemand in een hokje te plaatsen. Niet het hokje van iemand met een beperking, maar ook niet in het hokje van de ‘baas’. Beide hokjes zijn een beperking in zichzelf. Als we elkaar ontmoeten met als beeld dat de ander een beperking heeft, dan beperkt dat ons contact. Je staat niet open om te zien wie die ander eigenlijk is. Dat is pas écht een beperking. Deze blog heeft de instemming van Mireille De Beer Durand. |
AuteursAnnette Stekelenburg Cora Postema Archieven
April 2020
Categorieën |